Als ik in de natuur ben kijk ik veel om me heen en op de grond, naar beweging. Op deze manier verras je jezelf vaak met waarnemingen waar je anders blind langs geblunderd was. Ik vind het altijd een cadeautje om een beestje te zien wat ik nog niet eerder zag, of lang niet had gezien. Zo is voor mij een halve obsessie ontstaan om alle beestjes (met name dag- en nachtvlinders) op naam te brengen.



Maar dan kom je tot de realisatie dat je deze insecten thuis niet ziet, in je rammetjedichtgestratemaakte tuin. Gek, eigenlijk.



Zo ben ik 3 jaar terug begonnen met allerlei stenen uit de tuin trekken waar we toch niet overheen lopen, en de borders die een halve meter aan elke kant waren uit te diepen tot een vlak van een paar vierkante meter.



Vervolgens ben ik mijn aanplanting gaan verrijken met nectarplanten. De eeuwige vlinderstruik (ondertussen 3 stuks), lavendel en aster waren het eerst. Daarna ben ik aan de hand van een boekje van de vlinderstichting “tuinieren voor vlinders” gaan kijken hoe is van het voorjaar tot diep in het najaar altijd iets bloeiends kon hebben staan.



Ondertussen is de tuin uitgebreid met een immense koninginnekruid plant (2,5 meter hoog), verbena, hemelsleutel, klokjesbloem, dropplant, kattekruid, kruipend phlox, en “gewone” phlox, zonnehoed, clematis, kamperfolie, lampepoetser, heide, kattestaart, spierstruik, sneeuwbal, kruipend zenegroen, brem… mijn intratuin budget was nogal enthousiast bij tijd en wijle.



Succes
Ik kreeg steeds meer verschillende vlinders in de tuin. Tot ik op een dag iets geels zag in mijn vlinderstruik. Het zou toch niet? Ik dacht dat ik gek werd!
Het kroonstuk op mijn werk:

Sommige lezers zullen denken: “Ja boeien vrouw”. Maar als je van je leven 1 keer eerder deze soort hebt gezien in het wild, en hij nu in je postzegel-oase is neergestreken was voor mij de bevestiging dat ik de juiste stappen had gezet.
Tips voor meer beestjes in je tuin
- OK hou je vast: Spuit geen gif meer!
Echt, nok gewoon met spuiten van gif. Afgezien van of het goed is voor de beestjes moet je maar afvragen of het lekker is voor je eigen lijf. Mensen rijden hier letterlijk naar België “voor het echte spul”. Ondertussen heb ik een nestkast vol mezenlijkjes. En die 3 liter azijn over je oprit is ook niet echt de beste oplossing.
2. Rot die stenen uit je tuin
Als je veel loopt te wieden, heb je dan teveel onkruid, of gewoon teveel stenen? #omdenken #mindblown #whoahman
Maar zonder zotheid, wie bekijkt z’n dicht geplaveide tuin (evt. met grindpartij) met 2 zielige struikjes in een pot en denkt: “Ja schitterend, niks meer aan doen”.
3. Stop met aanharken
Je kunt een heel Freudiaanse psychologisch onderzoek wijden aan mannen en hun bladblazers (of hogedrukspuit, naar gelang het seizoen). Ik vind het fascinerend om mensen geld te zien uitgeven om zo min mogelijk lichamelijke energie te gebruiken tijdens klusjes en dan daarna geld te betalen voor de sportschool… maar dat is een andere blogpost.
Het meest versteld stond ik van iemand met misschien 5m² gras, waar ze een robotmaaier op hadden lopen… Los van de brandstof dat al dat blazen, spuiten en millimeteren kost, neem je voedingsstoffen weg van de bodem, die er later weer als meststoffen op gestrooid worden. ?
Een rommelhoekje in de tuin is geweldig voor het bodemleven, en de andere diertjes die het aantrekt. Paardebloem en klaver zijn bikkelharde planten die tevens als eerste nectarbronnen aanwezig zijn: Waarom vechten we daar tegen?
4. Plant een variëteit aan nectarplanten
Zoals in de opsomming hierboven aangegeven heb ik dus van het vroege najaar tot het late najaar iets bloeien waar beestjes van houden. Door de (flinke) variëteit heb ik altijd wel iets voor elke soort, en heb ik weinig issues met ziektes of plagen. En ik heb elke dag wel een paar soorten vlinders, hommels, bijtjes en wat dies meer zij langskomen.
5. Plant boompjes, struiken & klimplanten
Vlinders waren voor mij de gateway drug naar tuinvogels: door de verschillende hoogtes van planten en struiken komt het hier om van de heggemussen, merels, houtduiven, tortelduiven, kauwtjes, pimpelmezen, koolmezen…
6. Vogelkastje, insectenhotel, voedersilo…

Veel mensen hebben wel zo’n 15-in-1 insectenhotel in de tuin hangen. Vaak zijn deze niet fantastisch omdat ze ruwe buisjes hebben waar de bijen zich aan kunnen beschadigen, en ze zijn vaak te ondiep. Vrouwtjeslarven worden namelijk op 8+cm diep gelegd, en mannetjeslarven vooraan. Als jouw hotel maar 5cm diep is, kun je nagaan wat er gebeurt. Daarnaast gebruiken spechten die ondiepe hotels vervolgens als een FEBO snackmuur. Gooi hem ook weg na 2 seizoenen, vanwege parasieten.


Daarnaast heb ik een voedersilo, een vogelhuisje en een vetpot houder waar op gezette tijden “de bende van ellende” op af komt: Een goede 20+ musjes die al kwetterend en kieskeurig de zaadjes opschrokken en aan hun jongen geven. Voor een paar euro voor een zak vogelvoer vind ik dat geniale entertainment. En ja, ik heb ook wel eens een muisje in de tuin. Soit.
6. Waterpartijtje
We zijn begonnen met een speciekuip in te graven en daar wat waterplantjes in te zetten. Dit jaar hebben we gewoon een ploert van een vijver aangelegd, waar eerdergenoemde musjes graag uit drinken. Mijn man was erg te spreken over dit plan omdat hij wat visjes wilde uitzetten (en omdat ik dan een paar vierkante meter minder had om planten voor te moeten kopen.) Gister vond ik daar weer zo’n “bevestiger”: Een dikke kikker, die het iets te fanatiek voortgeplante vissengebroed in toom kan houden.

Voordelen voor jou als mens
- Esthetiek
Ik vind het gewoon mooier om op mijn tuin uit te kijken met allerlei doorkijkjes, en altijd wel wat te zien fladderen. Het geurt en kleurt, groeit en bloeit en verveelt nooit.
2. Verkoeling!
Al die stenen zuigen hitte op en houden hitte vast. Daarnaast loopt regenwater recht het riool in en verdroogt de bodem. Planten en bomen zorgen voor schaduw, koelte en houden regenwater vast wat inklinking voorkomt.
3. Minder onderhoud
Of een ander soort onderhoud, zo je wilt. Ik haal alleen het hoognodige weg en ik snoei wat er nodig is. Onkruid is feitelijk niks anders dan een plant op een plek waar je hem niet wilt: Dus zet ik er een andere in.
4. Goed karma
Alle tuinen in Nederland tellen op tot een oppervlakte zo groot als de Veluwe. De waarde van 1 aangesloten gebied is natuurlijk anders dan allerlei postzegeltjes (zoals de uitdrukking gaat: 9 vrouwen kunnen niet in 1 maand een kind baren), maar de meerwaarde van die postzegels kan niet onderschat worden. Die koninginnepage vond mijn tuin op weg van of naar de Biesbosch. Als ik dan een nectartankstation kan zijn tussen al het beton, ben ik blij die dienst te verlenen.
Wu-wei
Wu wei is een filosofie die zoveel wil zeggen als: “Handelen door niet te handelen“. Wat iets anders is dan: “niks doen”. Het is een goede oefening om echt na te denken waarom we sommige dingen doen: Waarom we fanatiek vegen, voegen krabben, snoeien, bespuiten, verjagen… en zo nog meer werkwoorden. Laat de boel eens z’n gang gaan, wat kan er gebeuren? Dat je over de tong gaat in de buurtapp?
Ik heb een vrijwilligersboompje in de tuin staan nu. Een leuke hulst die door een vogel zal zijn uitgepoept, en nu leuk en fier achter in de tuin aan het groeien is. Die had ik in een onbewaakt moment ook net zo goed kunnen wegplukken, maar ik liet m staan. Wu-wei.
Zelf beestjes determineren
De compact natuurgidsen zijn een leuk startpunt om voor een klein bedrag iets praktisch in je wandeltassie te stoppen en tijdens het struinen in de natuur beestjes op naam te brengen. Zie het als een offline Pókemon-Go.

Mooi verhaal! Bij mij in de buurt was er een voortuinkeuring, waar vooral aangeharkte tuintjes met stenen, gras en perkplanten hebben gewonnen. Mooi voor de jury misschien, maar niet voor de dieren in de tuin.
Om insekten te determineren gebruik ik de app “obsidentify”. Het mooie is dat hij al je foto’s beward in een database die door wetenschappers gebruikt wordt om leefgebieden te inventariseren.
Ja ik ben helemaal dol op obsidentify, maar google lens doet het ook erg goed.